Communicatie tijdens de Eerste Wereldoorlog
Sinds 1913 verbleef er een compagnie telegrafisten in de Versterkte Steunpunten van Luik en Namen. Na de mobilisatie werd een nieuwe compagnie toegevoegd aan de Versterkte Vesting Antwerpen.
Het Groot Hoofdkwartier, de zes legerafdelingen en de cavaleriedivisie beschikten elk over een sectie telegrafisten. Vanaf januari 1915 werden de secties omgevormd in pelotons en vervolgens, vanaf januari 1917, in compagnieën.
In februari 1917 werd de dienst voor draadloze telegrafie (TSF – Transmission sans fil) opgericht en kregen de grote eenheden elk een sectie.
Enkele gegevens over de transmissie tijdens de Eerste Wereldoorlog:
- 1.962 telegrafisten
- 1.500 radiotelegrafisten
- 600 zenders-ontvangers
- 5.340 kilometer telefoondraad getrokken
- 4.900 telefoontoestellen
- 3.734 signalisatievlaggen
- 2.550 signalisatielampen